top of page

De fiets van oma

De banden zijn zo oud dat ik ze vóór ieder ritje op moet pompen. Altijd in de hoop dat ze onderweg niet alsnog zullen leeglopen. De motor van de fiets - jaja, dat bestaat tegenwoordig hè - laat het regelmatig even afweten. Hierdoor is het vaak toch nog flink trappen! En ook de ketting laat al een tijdje luid en duidelijk van zich horen. Kraak.. knerp.. sputter..


“Tijd voor een andere fiets” hoor ik je denken. En ja.. maar nee. Voor een ander zal hij niks meer waard zijn. Voor mij is hij eigenlijk een beetje van goud. Deze fiets is van mijn, inmiddels overleden, oma geweest. Dat fietst sowieso ALTIJD fijner dan welke fiets dan ook! En zo niet.. dan toch! Dus tenzij hij ergens een keer in tweeën zakt of dat de motor er écht mee ophoudt, gaat deze voorlopig zeker nog niet weg. Daarom OP naar de fietsenmaker voor een beetje onderhoud.


Eenmaal aangekomen blijkt het een beetje druk te zijn en dezelfde dag klaar gaat helaas niet meer lukken. Ik krijg een leenfiets mee. “Moet het zadel nog wat hoger?” vraagt de fietsenmaker. Ik voel snel even en zeg “neuh, dit moet wel goedkomen”. Ik vind het ontzettend knap van mezelf dat ik er zo makkelijk over doe en hij gaat met een “tot morgen!” snel weer door naar de volgende klant. Na eerst nog een hoop gepruts en geworstel met het overhevelen van mijn fietstassen, kan ik dan EINDELIJK opstappen en weg… eeeh… weg… tsja, ik weet eigenlijk niet of het eruit ziet als FIETSEN...


Voor mijn gevoel steken mijn knieën in mijn neus, stroomt er geen bloed meer naar mijn onderlijf en heb ik een stuur op een hoogte voor “Harley-Davidson-patsers”. Dit moet er echt heel debiel uitzien! Ik lach om mezelf. Echt weer iets voor mij. Ik probeer OOK eens niet moeilijk te doen. Dat krijg je er nou van! Ik weiger terug te gaan en besluit dat ik het ritje ga overleven. Het is tenslotte maar 5,5 km ongemakkelijk dubbelgevouwen zijn. Oh ja.. en morgen weer 5,5 km terug natuurlijk.


Behalve dat mijn broek knelt - en ja uiteráárd ligt dat aan de fiets en niet aan mijn gewicht! - en mijn armen een beetje moe worden van dat hoge stuur, vind ik al vrij snel een houding die wel gaat. Zolang ik niet hoef te remmen - en af en toe even omhoog kom zodat mijn benen ook nog een beetje zuurstof krijgen - is het best veilig om voorover op het stuur te liggen. En aerodynamisch als ik dan ben, ga ik op een gegeven moment toch best lekker!


Ergens halverwege wordt ik ingehaald door een oudere man op een elektrische fiets. Ik hoor het motortje al een tijdje achter me zoemen. Wanneer hij naast me fietst zegt hij de magische woorden: “Zoho, jij hebt een lekker tempo d’r in!”. Ik hoor mezelf blij als een kind terugroepen “Ja goed he? En zonder motortje!”. Dat hij dat toch maar wel even gezien zou hebben! Ik wilde eigenlijk ook nog roepen: "met een veel te laag zadel!" , maar bedacht me nog net op tijd dat dat vast al wel was opgevallen.

Eerlijk gezegd fietst het zo gek nog niet, zo’n simpel ding zonder trapondersteuning. Voor een keertje dan natuurlijk hè! Want zodra het weer kan stap ik lekker op mijn eigen, zware, onhandige gevaarte met haperende motor. En maak ik weer ritjes met mijn oma. Want IEDERE keer als ik die fiets pak, denk ik aan haar.. aan hoe zij nog kilometers heeft gemaakt zolang het kon.. samen met opa.. en op dat akelige rokzadel wat eigenlijk zó onhandig zit voor mij.


Maar ach.. daar ga ik niet moeilijk over doen. Hij zit tenminste op de juiste hoogte!




Comments


Uitgelichte berichten
Recente berichten
Archief
bottom of page